- Het Albanees is een Indo-Europese taal en vertegenwoordigt een aparte en onafhankelijk tak van deze familie. Naar schatting wordt het wereldwijd door 5 miljoen mensen gesproken, waarvan ongeveer 3,2 miljoen in Albanië, 1,4 miljoen in Jugoslavië en door kleinere aantallen in Macedonië, Italë en Griekenland. De Albanezen noemen hun taal shqip en hun land Shqipéria. Men kan twee duidelijke dialecten onderscheiden � Tosk, dat in het zuiden gesproken wordt en Gheg, dat in het noorden voorkomt. Over de oorsprong van het Albanees bestaan veel onzekerheden; pas in 1854 kon met zekerheid worden vastgesteld dat het deelt uitmaakt van de Indo-Europese talen. Ondanks het feit dat het Albeens veel leenwoorden van het Latijn, Grieks, Turks en de Slavische talen heeft, bevat de vocabulaire veel woorden die in geen enkele andere Indo-Europese taal voorkomen. Het Romijnse alfabet werd in 1908 toegepast.

Translated by: MAURICE DUIJN